21 oktober 2024
Bijdragen aan een duurzaam sportklimaat
Welke invloed heeft klimaatverandering op sport en kan de sportwereld invloed hebben op het klimaat? In een door de TU Delft en NOC*NSF ontwikkeld programma zoeken wetenschappers en sportbestuurders naar een gezamenlijke bijdrage aan een maatschappelijk probleem.
Ondergelopen voetbalvelden, marathons in de nachtelijke uren en zeilwedstrijden die worden afgelast vanwege extreme wind. De veranderende sportwereld stond centraal in het leiderschapsprogramma Duurzaamheid in de sport. In de eerste helft van dit jaar kwamen 30 deelnemers vier keer bijeen in het Co-Creation Centre van The Green Village op de TU-campus. Het programma bracht wetenschappers en sportbestuurders samen om te zoeken naar oplossingen voor de uitdagingen die klimaatverandering voor de sport met zich meebrengt.
Gevoel van urgentie
Tijdens de openingsbijeenkomst onderstreept TU-hoogleraar Herman Russchenberg, directeur van het Climate Action Programma, de ernst van de situatie. “Iedereen leest over klimaatverandering in de krant. Maar beseffen is een tweede. Na afloop kwamen deelnemers naar me toe die zeiden: ‘Ik dacht dat ik alles wel wist, maar het is nog erger dan ik me realiseerde’.” Urgentie is dan ook het belangrijkste thema van de eerste bijeenkomst. Daan Bregman, directeur van het Sports Engineering Institute aan de TU Delft, benadrukt de tweezijdigheid van het vraagstuk. Enerzijds de impact van klimaatverandering op de sport en anderzijds de bijdrage van de sportwereld aan klimaatverandering.
Samenwerking als sleutel
Een belangrijke vraag die Guido Davio, directeur Sportparticipatie bij NOC*NSF, naar voren brengt is hoe sportorganisaties gezamenlijk kunnen verduurzamen. “Er gebeurt al veel, maar het hangt nog niet echt samen. Terwijl we het meest bereiken als we een gezamenlijke aanpak hebben”, aldus Davio. Volgens Dirk van den Bosch, werkzaam bij het Nationaal Klimaat Platform, kan Nederland wereldwijd een leidende rol spelen in duurzaamheid, juist door de unieke samenwerking tussen wetenschappers, bestuurders en
overheden.
Groot bereik amateursport
Davio benadrukt het belang van de inbreng vanuit de TU Delft. “Wetenschappers hebben de ervaring, de inhoudelijke kennis en weten hoe ze een ingewikkeld vraagstuk als dit moeten modelleren. En anders dan wij, worden zij in hun ideeën niet gehinderd door de dagelijkse praktijk van de sportwereld.” De sportwereld heefechter wél een enorm bereik, zoals deelnemer Ron Francis, financieel directeur bij de KNVB, benadrukt. “Met 1,2 miljoen leden heeft de KNVB de mogelijkheid om grote groepen te beïnvloeden. De verduurzaming van sport kan verder reiken dan bijvoorbeeld zonnepanelen op sportkantoren; het heeft de potentie om bredere maatschappelijke veranderingen teweeg te brengen.”
Kleine maatregelen
Een concreet voorbeeld hiervan is het slim indelen van recreatieve voetbalcompetities, waarbij reisafstanden worden beperkt om CO2-uitstoot te verminderen. Het doel is om zoveel mogelijk wedstrijden op fietsafstand te organiseren, wat duizenden kilometers aan autovervoer kan besparen. Daarnaast voert NOC*NSF gesprekken met gemeentes over het verduurzamen van sportaccommodaties, wat niet alleen goed is voor het milieu, maar ook financieel voordelig kan zijn voor sportverenigingen. Francis wijst bijvoorbeeld op de hoge gasrekeningen voor douches in sportverenigingen, een probleem dat deels kan worden opgelost door verduurzaming.
We bereiken het meest als we een gezamenlijke agenda hebben.
Impact op sportvissers en de natuur
Voor sommige sporten is de impact van klimaatverandering bijzonder tastbaar, zoals voor sportvissers. Frodo de Valk, hr-manager bij Sportvisserij Nederland, vertelt dat sportvissers zich zorgen maken over de verslechterende biodiversiteit en waterkwaliteit door klimaatverandering. De visbond zet zich al in voor verduurzaming, bijvoorbeeld door leden aan te moedigen loodvrij vismateriaal te gebruiken en door bij vervuiling of laag water de vissen te redden met de VISambulance.
Topsport en verduurzaming
Topsport staat voor dezelfde uitdagingen als amateursport, maar heeft te maken met extra complicaties, zoals internationale toernooien die vaak vliegreizen vereisen, weet sportparticipatiedirecteur Davio. “Daar is moeilijk aan te ontkomen. Maar soms is minder vliegen wel degelijk een optie. Zo ging wielerploeg BEAT in februari met de trein naar een trainingskamp in Girona en reisde de Nederlandse olympische afvaardiging deze zomer met de trein naar Parijs.” Davio pleit al met al voor het maken van afgewogen keuzes. “Wat doe je met de kleding? Hoe duurzaam is je voedsel? Kijk naar de knoppen waar je wél aan kunt draaien en kies daarbij voor het duurzame alternatief.”